Bevolkingsgroei van 1800 tot 1900
​
Tussen 1800 en 1900 verdubbelde het aantal inwoners van onze gemeente. Koersel telde in 1830 ongeveer 1 600 inwoners. Het geboortecijfer bleef steeds hoog en jaar-lijks waren er ook nog 2 tot 8 onwettige geboorten. De gemiddelde huwelijkscoëffi-ciënt bedroeg 7% in ons land. De huwelijksleeftijd was in 1830 gemiddeld 28 jaar voor jongens en 25 jaar voor meisjes. Er waren veel huwelijken, maar ook al echtscheidingen. In 1840 liep 1 op de 1 175 huwelijken spaak, in 1880 al 1 op 182 en in 1897 zelfs 1 op 86. Door de medische vooruitgang, de betere voeding, kleding, huisvesting en hygiëne, begon het sterftecijfer sterk te dalen. Het aantal geneesheren steeg in ons land van meer dan 2 000 in 1870 tot meer dan 3 300 omstreeks 1900, het aantal apothekers van meer dan 900 in 1870 tot meer dan 1 900 omstreeks 1900, het aantal vroedvrouwen steeg van bijna 1 700 in 1870 tot bijna 2 500 omstreeks 1900. Toch bezweken er rond 1900 nog altijd veel vrouwen en kinderen bij de bevalling, wel ongeveer 8% van de vrouwen en 1 op de 4 kinderen. Van de 1000 zuigelingen in Limburg verloren er 276 het leven in 1846 en zelfs 336 in 1891. Ook het aantal ziekten, kinderstuipen, tyfus, cholera, tuberculose, pokken en dysenterie, veroorzaakten nog veel overlijdens. Omstreeks 1850 eiste tuberculose nog bijna 25% van alle sterfgevallen op. Rond 1850 bereikte de gemiddelde levensduur ongeveer 35 jaar.
​
Het leven in koersel aan het begin van de 19de eeuw.